Een trap is een verbinding tussen twee vlakken die op verschillend niveau liggen. Via deze verbinding kan men zich zowel horizontaal als verticaal lopend verplaatsen om zo van het ene niveau naar het ander te komen. Meestal is een trap een vast onderdeel van een gebouw, maar er bestaan ook verplaatsbare trappen ( bijvoorbeeld, een keukentrapje, schilderstrap). Naast de gewone trap zijn er brandtrappen die veiligheid bieden en roltrappen die elektronisch zijn.
Een trap is bijna altijd opgebouwd uit traptreden, stootborden en trapbomen die gecombineerd vormen een stabiel geheel. Een steek is een ononderbroken opeenvolging van tenminste drie treden bij een rechte trap.
Een trap is meestal opgebouwd uit traptreden, stootborden en trapbomen die samen een stabiel geheel vormen. Het overstek van de aantrede heet wel. Een steek is een ononderbroken opeenvolging van ten minste drie treden bij een rechte trap. De weltree is de bovenste trede van een houten trap, die bij een rechte steektrap meestal half zo breed is als de overige treden. De horizontale afstand tussen twee opeenvolgende traptreden heet de aantrede; de verticale afstand de optrede.
De trapboom is de zijkant van een trap waarin of waarop de treden en eventuele stootborden bevestigd zijn. Een trap heeft meestal twee trapbomen. Bij een houten trap is de trapboom uitgefreesd zodat de treden en stootborden er stevig in verankerd zijn. Een trap waarvan alle treden evenwijdig aan elkaar lopen en haaks op de bomen staan en de beide bomen dezelfde vorm hebben, heet een rechte steektrap. Hebben de bomen niet dezelfde vorm dan spreken we van een scheluwe trap.
Veel trappen hebben een leuning voor houvast bij het beklimmen van de trap. Wanneer zich aan de zijkant van de trap geen muur bevindt, is er vaak een balustrade voor de veiligheid, soms met versierde spijlen of balusters. Bij gezinnen met kleine kinderen of huisdieren wordt de toegang tot de trap vaak afgesloten door middel van een traphekje.
Binnenshuis bevindt een trap zich vrijwel altijd in het trapgat, een uitsparing in de vloer van de hoger gelegen verdieping. Een buitentrap leidt meestal naar een bordes, waarvandaan men een gebouw kan betreden. Ook een platform dat halverwege een trap twee steken of traparmen onderbreekt - en waar de trap vaak van richting verandert - wordt bordes genoemd. Het schalmgat is het open gedeelte in een trappenhuis dat zich binnen de binnenbomen van een rondlopende bordestrap bevindt.